Net als vorig jaar beleefde de toeristische sector op de Heuvelrug in 2021 een moeilijk jaar. Dat blijkt uit een inventarisatie van Regionaal Bureau voor Toerisme (RBT) Heuvelrug & Vallei. Door de beperkende maatregelen rond het coronavirus zaten grote delen van de recreatiesector lange tijd op slot. Een lichtpuntje was de zomerperiode, waarin zowel de verblijfsrecreatie als het dag-aanbod en het zakelijk toerisme op de Utrechtse Heuvelrug en in de Gelderse Vallei konden rekenen op veel bezoek.
Met ruim 11.000 banen en een grote bijdrage aan voorzieningen, leefbaarheid en sociale cohesie is de recreatiesector van groot belang voor de Utrechtse Heuvelrug en de Gelderse Vallei. Na de stad Utrecht is de Utrechtse Heuvelrug de grootste toeristische bestemming in de provincie Utrecht, samen met Amersfoort zijn beide gebieden goed voor 80% van de totale provinciale gastvrijheidssector. Met 2 miljoen overnachtingen in hotels, op campings en in vakantieparken vindt ruim 60% van het verblijfsbezoek op de Heuvelrug plaats.
Jaar van uitersten
Volgens Michiel van der Schaaf, directeur bij RBT Heuvelrug en Vallei, was 2021 een jaar van uitersten. “Vanaf eind mei kon de sector eindelijk weer geleidelijk open en de ruimte die de Heuvelrug biedt kwam daarbij extra goed van pas. Meer Nederlanders dichtbij huis betekende vanaf juni veel boekingen bij de campings en vakantieparken in onze regio. En de minder warme zomer zorgde ervoor dat bewoners en bezoekers er meer dan gemiddeld op uit gingen. Ondanks beperkende maatregelen was dat goed nieuws voor musea, attracties, horeca, cultuur, erfgoed en ander dag-aanbod. Het zakelijk toerisme leefde na een lange periode van sluiting rond de zomer gelukkig ook weer wat op.”
Om bewoners en bezoekers in deze bijzondere omstandigheden toch te laten genieten van de regio, stonden campagnes en andere activiteiten van het RBT dit jaar voor een groot deel in het teken van herstel. “Samen met onze 600 regiopartners, de aangesloten gemeentes en de provincie hebben we er dit jaar alles aan gedaan om de gastvrijheidssector zo goed mogelijk te laten opveren. Vooral door goede samenwerking hebben we er met elkaar in deze uitzonderlijke periode uitgehaald wat er in zat.”
Recreatie draagt bij aan fijne leefomgeving
Door de oplopende druk op de ziekenhuizen bleek het herstel echter minder duurzaam dan verwacht en moest ook de recreatiesector vanaf november weer grotendeels op slot. Een domper, vindt Van der Schaaf. “Natuurlijk zijn we ontzettend blij dat veel partijen zich deze zomer wat hebben kunnen herstellen. We merken een enorme veerkracht bij ondernemers en als RBT blijven we de sector waar mogelijk ondersteunen door steeds aandacht te besteden aan wat er wél kan. Maar we moeten ook reëel zijn: door de nieuwe lockdown missen veel ondernemers een groot deel van de winteromzet en raken reserves uitgeput. Dat geeft zorgen of de recreatiesector, als één van de grootste bedrijfstakken in onze regio, voor de toekomst behouden kan blijven.”
Toch zit de RBT-directeur niet bij de pakken neer. “Als we willen dat de gastvrijheidseconomie ook na corona blijft bijdragen aan een fijne leefomgeving, dan moeten we juist nu koers bepalen. Daarom hebben we dit jaar gewerkt aan een meerjarige agenda om de recreatiesector te laten herstellen en verder te versterken, met aandacht voor actuele onderwerpen als natuurbescherming, verduurzaming, het beter benutten van de ruimte die er is en het verbinden van onze vitale stads- en dorpskernen met bezoekers en buitengebieden. Onze ambitie is dat in 2030 iedere bewoner van de Heuvelrug direct of indirect profiteert van een evenwichtige, robuuste en verantwoorde bezoekerseconomie.”
Een volledige terugblik van de recreatiesector op 2021 is te vinden op www.jaarverslag.opdeheuvelrug.
